Hoogtepunten

THEO BOGART BRENGT LICHT IN DE DUISTERNIS MET ‘MOONLIGHT’

Moonlight door Theo Bogart

In het Torpedo Theater in Amsterdam (voorheen Het Parool Theater) werd de song Moonlight door Theo Bogart (artiestennaam van Theo van den Boogaard) ten gehore gebracht; een Bob Dylan-tribute die kleurrijk door de kunstenaar werd geïllustreerd, aangevuld met stripfragmenten waarin een volle maan voorkomt in uiteenlopende indocomics. Voor het titelpaneel liet Bogart zich inspireren door de befaamde Indische Vertellingen van Tjoklat; plaatjes in kleur waarvoor hij tijdens zijn jeugd chocoladewikkels moest verzamelen van zijn Indische vader. De Javaanse grootmoeder van Theo Bogart was een telg uit de bekende Toorop-dynastie. In de tweede editie van Indocomics is voor het eerst een werk afgedrukt dat aan Josephina Toorop werd toegedicht.

Peter Bouman (Indisch Netwerk) met Theo Bogart in het Torpedo Theater in Amsterdam

THEO BOGART SINGS 'MOONLIGHT'

Speel video af hieronder:

Theo van den Boogaard en Ruud den Drijver bij de lancering van Indocomics Tweede editie

Ruud den Drijver en Jan Mulder geamuseerd door de Moonlight-video

GUNUNG DARAH: EEN HISTORISCHE OVERLEVINGSTOCHT IN NOORD-SUMATRA

Gunung Darah – Bloedberg

Na Apache Junction, waarin de strijd van de indianen in de VS werd gemodelleerd naar de Indonesische strijd voor onafhankelijkheid, heeft Peter Nuyten eindelijk een avonturenverhaal geheel in Nederlands-Indië gesitueerd: Gunung Darah – Bloedberg.

De berg in de titel is metaforisch; van een stoïcijnse afstand zijn we getuige van de uitzichtloze problemen waarin de verdoemde personages verstrikt zijn geraakt. In de nadagen van de Atjehoorlog (1873-1914) gaat een KNIL-patrouille op een riskante expeditie door de bergachtige Noord-Sumatraanse jungle; een hachelijke zoektocht om een meisje met Europese achtergrond heelhuids terug te vinden, waarvan aangenomen wordt dat ze door lokale opstandelingen is ontvoerd. Er ontspint zich een morbide psychologische thriller vol wantrouwen en misverstanden, waardoor de manmoedig begonnen avontuurlijke missie omslaat in een heilloze overlevingstocht. De berg en het bijgeloof zijn hierbij niet alleen decor voor de bizarre gebeurtenissen; ze geven ook profiel aan de onderlinge karakters en machtsverhoudingen. Gunung Darah is een historisch nauwgezet verhaal waarin Nuyten geen partij kiest, en waarbij hij het innemen van een standpunt geheel aan de lezer laat. Gaandeweg komen we dichterbij de karakters en hun onderlinge beweegredenen. Bij zijn research baseerde Nuyten zich onder andere op de roman De hongertocht van Székely-Lulofs, aangevuld met authentieke dagboeken, waaronder de expeditieverslagen van luitenant Nutters.

Ruud den Drijver en Peter Nuyten bij de presentatie van Indocomics Tweede editie

INDOCOMICS VS. SYMBOLISME & POPART

Boekomslag van Jan Toorop uit 1901 en popartstrip van Theo van den Boogaard uit 1967

In de jaren zestig hadden alle Nederlandse makers van popartcomics een Indische achtergrond. Vanaf de jaren zeventig werkten de meesten in de Franco-Belgische stijl, in Brussel en Parijs (zie de video).

Speel video af hieronder:

STRIPKLASSIEKERS: UNDERGROUND EN AUTONOME KUNST VAN OSCAR DE WIT EN LIAN ONG

Kunstenaar Oscar de Wit met aquarel van Midden-Java en zijn alter ego in de strip Leonardo Morpion

De Nederlands-Indische stripmaker Oscar de Wit, in 1935 geboren in Bandung, was een van de voornaamste underground-stripmakers in de jaren zeventig van de vorige eeuw, zonder ooit Nederlands-Indië of Indonesië rechtstreeks als onderwerp te kiezen. Hij gaf wel literair uiting aan de verwerking van zijn jeugd, waaronder in het bekroonde boek Met koele obsessie, uitgegeven door De Bezige Bij. 

Waar we bij succesvolle makers in Frankrijk tegenwoordig denken aan Paul TengPeter Nuyten en Peter van Dongen, moeten we in Oscar de Wit de vroegste veroveraar zien van het Franse strippubliek. Zijn hoogtepunt op stripgebied was in 1975 en 1976 met een reeks bijdragen aan het avant-gardistische stripblad Charlie Mensuel, zowel maatschappijkritische tekststrips in zwart-wit, als korte standalonestrips in kleur. Ook in Parijs hief hij graag zijn middelvinger op naar de gevestigde orde. Hij maakte er deel uit van de groep Panique, met Roland ToporAlejandro Jodorowsky en Fernando Arrabal en hij droeg bij aan het avant-garde tijdschrift Kamikaze. Zijn bekendste stripheld in Frankrijk was Léonardo Morpion, waarvan twee afleveringen zijn verschenen. Hij werkte ook aan de popartstrip Grébulle, die onvoltooid bleef. Het scenario was van de befaamde auteur Pierre Bartier, bekend van de cultklassieker Jodelle. Vanaf de jaren tachtig is De Wit hoofdzakelijk als beeldend kunstenaar actief. Sommige van zijn strips uit de jaren zeventig zijn nog steeds antiquarisch te vinden.

Grébulle, onvoltooide popartstrip van Oscar de Wit, naar een scenario van Pierre Bartier (auteur van Jodelle)

Léonardo Morpion van Oscar de Wit in Charlie Mensuel

Oscar de Wit in discussie met Den Drijver en Nuyten in het Torpedo Theater

Foto’s: Dorine Holman

VROUWEN VAN LIAN ONG

In Horizon (boven) een kleurenstrip van Lian Ong (rechtsonder) doen sommige personages terugdenken aan die van haar voorganger Ganes Thair Santoso (linksonder) 

Eind twintigste eeuw was kunstenares Lian Ong lange tijd de enige Indische stripmaakster. In 1989 publiceerde ze de door recensenten lovend ontvangen beeldroman Stuifmeel, gevolgd door een reeks korte verhalen, in zwart-wit. De meeste van haar strips hebben contrastrijke zwartpartijen en een belichting met felle backlights, zoals veel Indische tekenaars van de eerste generatie in Nederland. In werk van Eppo DoeveThé Tjong-KhingPaul TengRudy van Giffen en Pim van Boxsel werd een vergelijkbare beeldbehandeling toegepast.

In haar sfeervolle kleurenstrip Horizon, over de moeizame tocht van een groep nomaden in Mongolië, doen de barre omstandigheden waarin de personages verkeren soms terugdenken aan de rauwheid in strips van Ganes Thair Santoso. Horizon, een verhaal vol mysterie en onzekerheden, biedt de nodige tedere situaties rond de ervaren ouderen in de groep, die de jongste kinderen voorbereiden op wat hen gedurende de reis te wachten staat. De lezer maakt samen met hen de tocht mee. Het tweeluik is een uitgave van Griffioen Grafiek.  

Hoewel Ong geen enkele strip maakte waarin haar Indische achtergrond aan de orde kwam, kan de moeilijkheid van het zich aanpassen aan de burgerlijke maatschappij als haar centrale thema worden bezien. Het album De vrouwen van Lian Ong (Uitgeverij Sherpa) bevat korte verhalen waarin sociale verhoudingen en burgerlijke zeden worden omgedraaid en op de kop gezet. In Frou Frou en Femme Fatale worden weirdness en afwijkend gedrag als gezonde karaktereigenschappen voorgesteld. 

Horizon, een zeldzame kleurenstrip door Lian Ong

Horizon door Lian Ong

INDOCOMICS IN HET DUITSE 'ALFONZ - DER COMICS REPORTER'

‘Om de Indonesische invloeden op de Nederlandse strip sterker zichtbaar te maken, schreef Ruud den Drijver het succesvolle non-fictieboek Indocomics, waarvoor Peter Nuyten de cover heeft getekend.’

-Bernd Frenz(Klik hieronder om artikel groter te maken)

Alfonz – Der comics Reporter; het toonaangevende Duitse magazine over strips, besteedt in nummer 50 aandacht aan Gunung Darah van Peter Nuyten en vermeldt hierbij Indocomics door Ruud den Drijver. Ook Oscar de Wit, Paul Teng en Peter van Dongen worden in het stuk genoemd. De auteur is de gerenommeerde Bernd Frenz.

“ZACK Edition, van uitgever Georg Tempel, hapte enthousiast toe om de Indonesische strip van Peter Nuyten uit te geven. Over deze ontwikkeling is Nuyten bij navraag zeer tevreden: ‘Ik ben erg blij dat Gunung Darah verschijnt onder zo’n gerenommeerd label als ZACK, dat in Duitsland als geen ander staat voor de klassieke strip van Franco-Belgische signatuur!’ Dit album is echter niet zijn enige bijdrage aan dit onderwerp, want in Nederland zijn er talloze kunstenaars met Indonesische roots. Binnen dit stripsegment kunnen naast hem nog Paul Teng en Peter van Dongen (Rampokan) genoemd worden, die eveneens succesvol in Duitsland worden uitgegeven. Om de Indonesische invloeden op de Nederlandse strip sterker zichtbaar te maken, schreef Ruud den Drijver het succesvolle non-fictieboek Indocomics, waarvoor Peter Nuyten de cover heeft getekend. Daarom zat hij in juni ook op het podium toen de tweede editie van Indocomics door Ruud den Drijver en Oscar de Wit werd gepresenteerd in het Torpedo Theater in Amsterdam. Of Indocomics ook in Duitsland zal worden uitgegeven, is nog onzeker.”

DE JAVANISERING VAN BLAKE & MORTIMER BEGON IN WEEKBLAD KUIFJE

In het boek Indocomics wordt de opmerkelijke samenhang gesignaleerd tussen het symbolisme uit de eind negentiende eeuw, popart en ‘de klare lijn’, de stijl die bekend werd door Kuifje. Gepopulariseerd in Brussel vanaf de jaren veertig van de twintigste eeuw, is de tekenstijl van origine ontleend aan Aziatische – met name Javaanse – kunst.

Mortimer contre Mortimer, voltooid door Dick Briel in Special E.P. Jacobs: Le théâtre du mystère

Na strips als Rampokan en Familieziek van Peter van Dongen, getekend in klarelijnstijl, raakte de indocomic vanaf de jaren negentig sterk met deze tekenstijl verbonden. Al in 1984 verscheen Special E.P. Jacobs: Le théâtre du mystère (Het theater van het mysterie), een themanummer van weekblad Kuifje dat geheel gewijd was aan tekenaar Edgar Pierre Jacobs en zijn strip Blake & Mortimer. Het op dat moment al twaalf jaar onvoltooide verhaal Mortimer tegen Mortimer werd hierin afgerond in één pagina.

De maker was Dick Briel, bekend van de in klarelijnstijl getekende reeks over de Nederlands-Indische detective professor Julius Palmboom. E.P. Jacobs stuurde aan collega Briel een joviale bedankbrief. Hij overleed voordat hij het verhaal zelf kon voltooien, terwijl Briel de avonturen van zijn eigen Palmboom ondertussen voortzette in een totaal andere tekenstijl. Ter afsluiting van het album London Labyrinth (Uitgeverij Arboris) verscheen er een aankondiging van het vervolg, Ratcliff Highway. Hierin was een mysterieuze allusie verwerkt op Gustave Doré’s Limehouse Dock, dat – vanuit een andere hoek – als decor fungeerde in de cover van het Blake & Mortimer-avontuur Het gele teken. Ook Briel overleed voordat hij het tweede deel van zijn epos kon voltooien.

Na Briel werd ook Theo van den Boogaard ingeschakeld als kandidaat om de reeks Blake & Mortimer voort te zetten. Dit bleef bij een proefpagina waaraan Teun Berserik eveneens meewerkte. Uiteindelijk zou Berserik samen met Peter van Dongen de serie een succesvol vervolg bezorgen, gemodelleerd naar de stijlvariant van Het Geheim van de grote piramide. Opmerkelijk genoeg hadden alle vier de tekenaars een Indische achtergrond.

INTERVIEW MET NUYTEN IN STRIPSCHRIFT

In Stripschrift, het oudste stripinformatieblad van Nederland, staat een interview centraal met illustrator Peter Nuyten. Hierin (nr. 477) aandacht voor Nuytens visie op zijn bekendste reeksen, Metro 2033 en Apache Junction. Met illustraties uit zijn gevarieerde oeuvre, vertelt Nuyten aan interviewer Michel van Merriënboer over de weg die hij aflegde van Nederlandse illustrator naar internationaal actieve stripmaker. Hij ziet zichzelf in de eerste plaats als een illustratief vormgever en verhalenverteller. 

Nuyten zet uiteen hoe hij de opzet voor zijn strippagina’s maakt, en wat de verschillen zijn tussen een historisch verhaal en sciencefiction voor de beeldbehandeling. Hij laat ook zijn licht schijnen op de tekenstijl van grootmeesters van klassieke historische strips, zoals Harold Foster, wiens Prince Valiant als een voorloper gezien kan worden van Peter Nuytens Auguria. Naast zijn stripreeksen illustreert Nuyten ook verhalen in historische tijdschriften, waaronder Quest

Van Apache Junction verscheen onlangs  het vierde deel, Sierra Madre, waarin connaisseurs een verre echo herkennen van de Jijé-klassieker De weg naar Coronado. Eerder verscheen deze aflevering in het Frans onder de titel Le diable du Sonora. De reeks kreeg inmiddels ook in Duitsland vaste voet aan de grond. Nieuwe delen zijn in voorbereiding. In Nederland staat deel 5, Desert Trail, gepland om eind september 2024 te verschijnen.

Nuyten en Den Drijver met Sinta Wullur (linksboven), Frans Leidelmeier en Peter Bouman (rechtsonder)

MOLENAARS 7E AVONTUUR VAN 'DE NUMMER-1 STRIPHELDIN'

De onbetwiste nummer 1-powergirl in Nederland is Roodhaar van Romano Molenaar. De sf-heldin, die waakt over de ‘Diepe Wereld’, begon haar carrière als bijfiguur in de serie Storm van de Brit Don Lawrence.  

In die rol overtrof ze haar metgezel in populariteit, zodat een eigen reeks met Roodhaar voor de hand lag. Na het overlijden van auteur Lawrence stond Molenaar voor de lastige opgave om het stokje van de Britse superster over te nemen. 

De parasiet van Danakill is het meest recente avontuur in de serie De kronieken van Roodhaar van Romano Molenaar

Dat hij hier met De kronieken van Roodhaar glansrijk in geslaagd is, blijkt uit het aantal afleveringen dat elkaar in hoog tempo opvolgde. Uitgeverij L bracht alweer het zevende verhaal uit in de serie, De parasiet van Danakill, naar een scenario van Robert Damen.